Griep (influenza)

Griep (influenza)

Ziektebeeld

Griep is een besmettelijke ziekte van de luchtwegen, veroorzaakt door het influenzavirus. Het komt elk jaar voor, meestal in de winter, en wordt daarom ook wel seizoensgriep genoemd. De klachten duren enkele dagen tot een week. Het kan enkele weken duren voordat je je weer helemaal beter voelt.

Meestal is seizoensgriep onschuldig en genees je vanzelf zonder medicatie. En toch lopen sommige mensen een groter risico om ernstig ziek te worden van het griepvirus. Ze kunnen hevige ademhalingsproblemen of een longontsteking ontwikkelen. Dat geldt vooral voor ouderen en mensen met chronische aandoeningen. Voor mensen met bestaande hart- en longproblemen kan griep de klachten verergeren.

Verspreiding

Seizoensgriep is besmettelijk vanaf 1 dag voor tot 5 of 6 dagen na het begin van de symptomen. Het virus nestelt zich in de keel, neus en luchtwegen.

Het virus verspreidt zich via:

  • hoesten, niezen en praten: zo komen kleine druppeltjes met het virus in de lucht die anderen kunnen inademen.
  • direct contact, zoals besmette voorwerpen aanraken of handen geven.

Vaccinatie

Griepvirussen kunnen snel veranderen. Er ontstaan elk jaar nieuwe varianten, waardoor je opnieuw griep kunt krijgen. Daarom passen experts de griepvaccins jaarlijks aan. Ze stemmen de vaccins af op de virusvarianten waarvan verwacht wordt dat die het komende winterseizoen de ronde doen.

Volgens het advies van Zorg en Gezondheid is de beste periode voor vaccinatie tussen eind oktober en half december. Het is wel zo dat gevaccineerde personen eventueel nog wel griep kunnen krijgen, maar het gaat dan meestal om een minder zware vorm. Inenten is ten zeerste aanbevolen voor verzwakte personen én voor mensen werkzaam in de gezondheidssector (deze verspreiden gemakkelijk het virus door hun werkzaamheden).

Toch kan ook voor jonge, gezonde personen een jaarlijkse vaccinatie zinvol zijn. Vanaf 50 jaar is er immers een toenemend risico op een ernstige complicatie (zoals een longontsteking) na het doormaken van griep, maar ook om risico's op besmetting binnen het bedrijf te beperken kan de griepvaccinatie bij jongere werknemers worden geadviseerd.

Op vraag van het bedrijf kan jaarlijks in het najaar een vaccinatiecampagne opgestart worden. U ontvangt van ons een mailing waarin gepeild wordt naar uw interesse in griepvaccinatie voor uw medewerkers. Indien u echter geen mailing van ons ontvangen heeft, kan u ons gerust zelf ook contacteren via griep@mediwet.be.

Tetanus

Tetanus

Ziektebeeld

Tetanus wordt veroorzaakt door een bacterie, de Clostridium tetani. De bacterie komt voor in de darmen van paarden en andere planteneters zonder dat dit deze dieren hindert. De bacterie plant zich voort door vorming van sporen die zich via de uitwerpselen van deze dieren in de omgeving kunnen verspreiden. Ze komen dan ook zeer verspreid voor, bv. in de aarde, in uitwerpselen, in allerlei afval. Deze sporen zijn zeer weerstandig. De bacterie verspreidt zich bij de mens het liefst in diepe wonden of in wonden met afstervend of dood weefsel, omdat ze het liefst in milieus zonder zuurstof zit. De bacterie zelf is niet gevaarlijk voor de mens, maar wel een gifstof (toxine) die zij afscheidt. Deze krachtige gifstof waarvan zelfs een kleine hoeveelheid dodelijk is, blokkeert de werking van bepaalde zenuwen en veroorzaakt zo ongecontroleerde krampen van de spieren. Vandaar ook de volkse naam “klem” of “kaakklem”. Ook het hart of de longspieren kunnen getroffen worden en de ziekte kan zo ook dodelijk verlopen.

Behandeling van de wonde

Elke wonde dient zorgvuldig gereinigd te worden. Het is een misvatting dat alleen “vuile wonden” een risico inhouden. Steekwonden van een nagel, naald, splinter, doorn of takje kunnen tetanus veroorzaken. Vaak zijn dit kleine wondjes, maar die dus ook net de ideale omstandigheden bieden, namelijk relatief diepe wonden zonder zuurstof voor de bacterie.

Vaccinatie

Sinds 1959 wordt er in België gevaccineerd tegen tetanus. Het vaccin biedt nagenoeg totale bescherming. Tetanus is dus een vermijdbare ziekte, waarbij het vaccin een quasi 100% bescherming biedt. Tegenwoordig bestaat een ‘Triaxis/Boostrix’-gecombineerd vaccin, dat naast bescherming tegen tetanus, ook bescherming biedt tegen difterie (kroep) en pertussis (kinkhoest), en zelfs een ‘Triaxis Polio’ vaccin, dat daar bovenop nog tegen polio beschermt. Bij Mediwet worden de werknemers gevaccineerd met het Triaxis- of Boostrix-vaccin.

Hepatitis A

Hepatitis A

Ziektebeeld

Hepatitis is een ontsteking van de lever. De lever is een groot en belangrijk orgaan. De lever is te vergelijken met een kleine chemische fabriek, waarin zeer veel processen plaatsgrijpen, zoals ontgifting en aanmaak van gal en belangrijke eiwitten. Als de ontsteking ontstaat door een virus, spreken we van virale hepatitis. Dit is wereldwijd de meest voorkomende leverziekte. Hepatitis A is de meest verspreide virale hepatitis van de 7 beschreven virustypes (A tot G). Hepatitis A wordt nooit chronisch en evolueert zelden naar een ernstige of dodelijke vorm. De ziekte wordt overgedragen door besmette stoelgang  door onrechtstreeks contact met bv. voeding,handen,... die door het virus besmet zijn geraakt. Twee tot zes weken na besmetting duiken de eerste symptomen op. Een besmet iemand is gedurende 2 weken besmettelijk.

Bij kinderen gaat de ziekte vaak onopgemerkt voorbij omdat er geen klachten zijn ofwel omdat de klachten niet specifiek zijn (griepachtige klachten zoals koorts en vermoeidheid). Bij volwassenen geeft de ziekte meer specifieke klachten, zijnde geelzucht, donker gekleurde urine, verkleurde stoelgang. De ziekte kan enkele weken duren en vaak gepaard gaan met intense vermoeidheid. Doormaken van de ziekte geeft levenslange bescherming.

Elementaire maatregelen zoals een goede hand- en voedselhygiëne, goede sanitaire voorzieningen én vaccinatie kunnen infectie voorkomen.

Vaccinatie

Er zijn veilige en efficiënte vaccins beschikbaar ter bescherming tegen Hepatitis A, en er is ook een combinatievaccin ter beschikking dat bescherming biedt tegen zowel Hepatitis A als B.  De vaccinatie is zeer doeltreffend. Na 2 vaccins (Hepatitis A-vaccin), toegediend met een interval van 6 tot 12 maanden, is de gevaccineerde minstens 20 jaar (maar vermoedelijk levenslang) beschermd tegen Hepatitis A.

Fedris, het Federaal Agentschap voor Beroepsrisico’s, vergoedt de vaccinatie voor werknemers die contact hebben met besmet afvalwater (rioolarbeiders, rattenvangers, ...) en werknemers die in nauw contact komen met kinderen jonger dan 6 jaar (crèche, kinderdagverblijf, pediatrie-afdeling, …). Voor sommige andere beroepsgroepen kan de vaccinatie ook aangeboden worden door de werkgever.

Hepatitis B

Hepatitis B

Ziektebeeld

Het zeer besmettelijke Hepatitis B-virus veroorzaakt een ernstige leverinfectie. Het is 100 maal besmettelijker dan het Humaan Immunodeficiëntie Virus (HIV) dat AIDS veroorzaakt. Meestal geeft de infectie aanvankelijk geen klachten. Het belangrijkste risico is dat de ziekte chronisch kan worden en  nadien kan eindigen in leverfalen en -kanker. Er is geen direct verwantschap met het Hepatitis A en C virus. Gemiddeld duurt het 2 tot 3 maanden voor je ziek wordt en heeft dan een wisselend individueel verloop. Het virus wordt overgedragen van de ene persoon naar de andere via besmet bloed en/of lichaamsvochten (speeksel, sperma, vaginale secreties, wondvocht). Dankzij antivirale middelen kan de infectie meestal met relatief succes behandeld of gestabiliseerd worden.

Vaccinatie

Vaccinatie is de beste manier om besmetting te voorkomen. Naar gelang de omstandigheden (historiek voorgaande vaccinaties), worden er verschillende schema’s toegepast om een optimaal resultaat te krijgen. Eventueel kan er gelijktijdig tegen hepatitis A én B gevaccineerd worden.

Vier tot acht weken na het laatste vaccin, dient de hoeveelheid antistoffen, de zogenaamde antistoftiter, bepaald te worden. Concreet betekent de aanwezigheid van een anti-HBs (antistoftiter) groter of gelijk aan 10 internationale eenheden dat er een langdurige (>30 jaar), zo niet levenslange bescherming opgebouwd werd.

De Hepatitis B-vaccinatie is opgenomen in het basisvaccinatieschema in België. Personen die beroepsmatig in contact komen met bloed of andere lichaamsvochten moeten verplicht gevaccineerd worden.

De terugbetaling kan gebeuren via Fedris, het Federaal Agentschap voor Beroepsrisico’s.

Andere Hepatitis-virussen

Andere Hepatitis-virussen

Ziektebeeld

Er bestaan nog andere Hepatitis-virussen, waarvan Hepatitis C het belangrijkste virus is. Dit virus werd pas in 1989 ontdekt. Besmetting met dit virus houdt een risico in op evolutie naar chronische leverontsteking, met verwikkelingen zoals leverfalen en -kanker, net zoals Hepatitis B. De besmettelijkheid is 10 maal groter dan bij HIV. De besmetting gebeurt vooral via direct contact met besmet bloed. De tijd tussen besmetting en de eerste symptomen bedraagt 15 tot 150 dagen.

Vaccinatie

Actueel is er (nog) geen vaccin dat bescherming biedt tegen Hepatitis C.

Kinkhoest

Kinkhoest

Ziektebeeld

Kinkhoest of pertussis is een besmettelijke ziekte van keel, luchtpijp en neus. Het wordt veroorzaakt door een bacterie, namelijk Bordetella pertussis

Zeven tot tien dagen (maximaal 3 weken) na besmetting treden de eerste klachten op zoals koorts, hardnekkige verkoudheid en een droge prikkelhoest. Deze eerste fase duurt ongeveer twee weken. Na deze twee weken worden de hoestbuien erger, vooral 's nachts; de hoestbuien gaan gepaard met luidruchtig piepend inademen en het ophoesten van slijm. De hoestbuien zijn erg vermoeiend. Deze periode duurt enkele weken; hierna gaat het hoesten langzaam over in een droger type hoest (dus zonder slijm) die nog enige weken kan duren. Bij volwassenen treden deze verschijnselen vaak niet op. Bij volwassenen lijkt kinkhoest soms op een forse verkoudheid met een langdurig aanslepende hoest.

De kinkhoestbacterie bevindt zich in de geïnfecteerde keel van iemand die een infectie heeft. Door hoesten, niezen en praten komen kleine druppeltjes met de bacterie in de lucht. Mensen kunnen deze druppeltjes inademen en besmet worden. De kans op besmetting is het grootst in het begin van de ziekte. Dan is vaak nog niet duidelijk dat de patiënt kinkhoest heeft. Patiënten blijven besmettelijk tot ruim vier weken na het begin van de typische kinkhoestaanvallen. 

Als er gepaste antibiotica is gegeven in het eerste (verkoudheid)stadium (twee weken) van de ziekte, dan is de patiënt één week na het starten van die behandeling niet meer besmettelijk.

Vaccinaties

Iemand die gevaccineerd is of kinkhoest heeft doorgemaakt, heeft afweer opgebouwd tegen de ziekte. Het is echter mogelijk dat iemand na jaren (5 tot 15 jaar) alsnog of opnieuw kinkhoest krijgt, maar dan in een lichtere vorm. Kinderen en volwassenen die niet alle inentingen tegen kinkhoest hebben gehad, lopen meer risico om ziek te worden. Hoe jonger het kind, hoe meer kans op een ernstig verloop van kinkhoest. Zeker (pasgeboren) baby's lopen risico op een ernstig verloop. Ook kinderen met ziekten van de longen, het hart, spierziekten en ziekten van het zenuwstelsel lopen meer kans op een ernstig verloop van de ziekte.

Zwangere vrouwen kunnen, als zij in de laatste zes weken van de zwangerschap kinkhoest oplopen, de ziekte direct na de geboorte overdragen op de baby. Om die reden wordt het kinkhoestvaccin in die periode soms herhaald. Ook aan de nabije familie van de ongeboren baby wordt het vaccin aangeraden (voor de geplande bevallingsdatum).

Kinderen worden in België gevaccineerd tegen kinkhoest. Ook na vaccinatie kan iemand kinkhoest krijgen, maar dan in een milde vorm.

In België worden volwassenen kosteloos tegen kinkhoest gevaccineerd in een combinatievaccin samen met tetanus en difterie, zijnde BoostrixTM of TriaxisTM.